Planten en Schimmels - Bijzondere Planten

We kennen haast allemaal wel de bekende Gele Forsythia, die populaire voorjaarsbloeier, die in de1960er en 1970er jaren enorme furore maakte. Maar dat er een zeer fraaie WITTE variant bestaat (iets lichtroze) was mij tot voor kort niet bekend. Een extra reden dus om jullie te laten meegenieten van deze fraaie, voorjaarsbloeiende struik, die evenals zij gele broertje op het kale hout bloeit, voordat het blad verschijnt. De struiken groeien tot de bescheiden grootte van 1-1,5 m hoogte en je kan ze snoeien direct na de bloei. Extra reden voor de aanplant is, dat de struik dreigt uit te sterven in de oorspronkelijke groeiplaats Korea. Ze zijn bij ons zeer winterhard.

Ik kon het niet laten deze beauty aan te schaffen...
De Albizia wordt steeds geliefder in ons land omdat de kleine boom niet alleen adembenemend mooi is, maar ook steeds beter onze winters overleeft.
Het geveerde blad en de bijzondere bloemen doen denken aan de Mimosa, waar deze plant ook nauw mee verwant is. Deze variëteit heeft chocoladebruin blad, wat samen met de rozewitte bloei een zeer boeiende combinatie vormt!
De bloemen bestaan uit zijdezachte meeldraden in een waaiervorm, vanuit een witte basis met licht lilaroze uiteinden.
In beschutte stadstuinen kan het boompje gerust in de vollegrond geplant worden, komt er toch strenge vorst, dan kan je de plant inpakken met acryldoek. Woon je wat meer “buitenaf”, zet de plant dan in een flinke pot en zet deze met vorst in een schuur of kasje.
De plant is (uiteraard) bladverliezend; nog een aardigheid over het blad: deze sluit zich ‘s avonds, vandaar de naam Slaapboom.

Een prachtige gember, die ‘s zomers buiten kan groeien in een pot, maar ‘s winters naar binnen moet. De grote, dieprode bloeischeden verstoppen de kleine witte bloemen. Eenmaal aan de bloei (na enkele jaren groei), zal de ene bloem de ander volgen. Het grote, sierlijke blad doet wat aan bananenblad denken. Geef ze een getemperd zonnig plekje. Deze siergember is NIET eetbaar, maar mag in onze gembercollectie niet ontbreken.

Prachtige, winterharde begonia uit de koudere delen van Azië. Het blad is het eerste sierlijke deel dat opvalt: hartvormig, grijsgroen met een roodbruine onderkant. De kleine, enkelbloemig lichtroze bloemetjes drijven de plant tot 1 meter hoogte, geuren zacht en zijn eetbaar! De plant bloeit tot diep in de herfst...! Geef de planten een half- tot geheel beschaduwde, vochtige plaats, ze zullen je jarenlang verrassen in het voorjaar. Enig winterdek is aan te bevelen, want de planten verdragen tot -10°C vorst.

Een echte primeur: een prachtige Bladbegonia. Onze kweker heeft aan ons de eer gegeven om deze als eerst aan te bieden. Hij weet dat we gek zijn op planten en ik was meteen onder de indruk toen ik deze beauty zag! De plant kan allereerst natuurlijk in een flinke pot in de kamer of op het terras. Als je een tuin hebt met humusrijke grond (lekker potgrond erdoor mengen) en een halfzonnig plekje, dan ga je de ware, enorme omvang van deze plant ervaren. De foto zegt al genoeg! Er komen nog meer kleuren in de toekomst.

Prachtige, winterharde begonia. oorspronkelijk uit de koudere delen van Azië. Deze kweekvariëteit komt van Terra Nova (Oregon). Het blad is het eerste sierlijke deel dat opvalt: de vorm als een esdoornblad, zilvergrijs met groene nerven en dieprode stengels met een roodbruine onderkant. De kleine, enkelbloemig lichtroze bloemetjes drijven de plant tot 1 meter hoogte, geuren zacht en zijn eetbaar! De plant bloeit tot diep in de herfst...! Geef de planten een half- tot geheel beschaduwde, vochtige plaats, ze zullen je jarenlang verrassen in het voorjaar. Enig winterdek is aan te bevelen, want de planten verdragen tot -10°C vorst.

Prachtige, winterharde begonia, die waarschijnlijk uit een zaailing van de Begonia grandis is ontstaan. Het blad is het eerste sierlijke deel dat opvalt: de vorm als “scheef ovaal”, groen met fijne rode nerven en dieprode stengels met een roodbruine onderkant. Opvallend (en een reden voor de naam) zijn de zilvergroene tot bijna witte stippels! De kleine, enkelbloemige, bijna witte bloemetjes drijven de plant tot 1 meter hoogte, geuren zacht en zijn eetbaar! De plant bloeit tot diep in de herfst...! Geef de planten een half- tot geheel beschaduwde, vochtige plaats, ze zullen je jarenlang verrassen in het voorjaar. Enig winterdek is aan te bevelen, want de planten verdragen tot -10°C vorst. Iets meer of iets minder schaduw, rijkere of armere grond: het blad zal kleine verschillen in kleur geven.

Een Catalpa zoals je deze nog niet vaak gezien hebt, ze zijn dan ook nog heel duur op internet. Wij hebben de hand kunnen leggen op een partij jonge boompjes voor een redelijke prijs...
Het boompje is een bijzondere speling op de bekende Trompetboom (Catalpa bignonioides) die je op een bepaald moment in elke tuin zag verschijnen... De grote, hartvormige bladeren zijn bij het uitlopen in het voorjaar purper tot bijna zwart en verkleuren naar donkergroen. Ook de tijdens de groeitijd bijkomende bladeren hebbe deze donkere kleur, wat een heel speels effect aan het bladerdek geeft. De bloei met grote trossen, fraaie witte trompetbloemen wordt gevolgd door peulen, die de hele winter de boom sieren.
Heb je de ruimte? Laat de boom dan lekker groeien... Wie maar een kleine plek heeft (bijvoorbeeld 4 m²) kan de boom bijvoorbeeld op 2 m hoogte elk jaar knotten, zodat een geringe kroonboom ontstaat.

Deze vrij zeldzame (flinke) struik is ontstaan uit een kruising tussen Chilopsis linearis en Catalpa bignonioides. Het blad is langwerpig, smal en dofgroen en het zijn vooral de prachtige, heerlijk zoet geurende bloemen, die je elk jaar zullen verbazen: orchidee-achtige, bleekroze met gele keel, bloeit juni – augustus, zoet geurend. De bloei start vroeg in de zomer en duurt ongeveer 2-3 weken. Een tweede bloei volgt half augustus. De Chitalpa groeit het best in de volle zon, op een goed gedraineerde grond, tijdens de bloei wordt de struik druk bezocht door bijen en vlinders!

Geen eetbaar plantje, maar wel een beschermer tegen dierenvraat! Een sierlijk en sterk plantje, dat door onze oosterburen Verpiss-Dich wordt genoemd! De plant heeft een sterke geur die dieren zoals katten, honden, hazen, konijnen, vossen en marters verjaagt. De blaadjes zijn vrij dik en groeien in een rozet, de bloei is subtiel blauw (VII-IX). De geur komt vooral vrij bij droog weer, een pittig aromatische lucht, die de mens vooral ruikt na aanraking van het blad (ik vind het niet onaangenaam, maar smaken verschillen…) Geef de plant een zonnige tot half beschaduwde plaats, in rijke vochthoudende grond. In een pot groeien ze ook uitstekend. ‘s Winters kan het plantje alleen binnen overleven. De uiteindelijke hoogte is 15-20 cm, de groei is vooral in de breedte. Soms leveren we de bontbladige variëteit.

Dit meerjarige plantje is de lieveling van velen...! In het voorjaar verschijn eerst het stevige blad, al snel gevolgd door trosjes met heerlijk zoet geurende, witte klokjes. Pluk ze ook eens voor in een klein vaasje... Oudere mensen zullen het wellicht in hun bruidsboeket hebben gehad!
Ze houden van arme, schaduwrijke grond en zullen zich daar snel verspreiden. Plant ze nooit samen met Daslook, want ze lijken op elkaar en de blaadjes van dit Lelietje der Dalen zijn niet eetbaar en bij grote hoeveelheden giftig.

Dit fraaie struikje pronkt met talloze, glanzende, chocoladebruine blaadjes en lijkt daarmee sterk op een Mirtestruikje, maar dan kastanjebruin van kleur! De struikjes zijn (zeker op oudere leeftijd) goed winterhard en houden zomer en winter hun sierwaarde. Geef ze een zonnige plaats, snoeien geeft het struikje elke gewenste vorm.

Wat een sierlijke plant in een ongekende kleurencombinatie! De zwaardvormige bladeren groeien in een volle, fonteinvormige krans en zijn gestreept in de kleuren mintgroen en chocoladebruin. De planten kunnen het beste koel en vorstvrij overwinteren en zijn zowel solitair als in combinatie met bloeiende planten zeer decoratief!

Deze struik, die uitgroeit tot een middengrote boom (10-15 m) is vreemd genoeg nauwelijks bekend, maar als deze bloeit dan staat iedereen verbaasd te bewonderen... In mei bloeit de plant met grote, hangende, spierwitte schutbladeren, tot 30 cm lang: het lijkt net of iemand zijn zakdoekenverzameling erin heeft gehangen!
Omdat dit zeldzaam fraaie boompje nauwelijks aangeboden wordt vonden we dat daar verandering in moest komen...

De zakdoekjesboom geldt in de herkomstgebieden in China inmiddels als zeldzame en bedreigde soort. Klimaatverandering en verlies aan biotoop spelen daarbij een rol.
Tegelijk zijn er steeds meer wetenschappelijke publicaties, dat Davidia waardevolle stoffen bevat, die een rol kunnen spelen in de ontwikkeling van nieuwe medicijnen. Onze Davidia-boompjes zijn generatief (uit zaad) vermeerderd. Zaaien houdt genetische rijkdom in stand, zaailingen zijn bovendien individuen, dus ook variabel in groeikracht, groeivorm, bladkleur etc.
Nog enkele tips en weetjes op een rijtje:

• Niet elke grond is geschikt voor Davidia. Schrale, snel uitdrogende zandgrond is ongeschikt, evenals slecht drainerende grond. Ze houden van een goed drainerende, maar vochthoudende, voedzame grond. Een koele, beschaduwde voet wordt gewaardeerd.
  
• Jonge Davidia's hebben een hekel aan langdurige zoninstraling en aanhoudende droogte, oudere bomen zijn wat toleranter.
  
• Jonge Davidia's zijn de eerste winters vorstgevoelig, na enkele jaren neemt de vorsttolerantie toe.
  
• Davidia behoort niet tot de categorie kleine bomen; wie een zakdoekjesboom wil planten moet over voldoende ruimte beschikken, zowel in de breedte als in de hoogte.
  
• Davidia kun je niet met snoeien klein houden. Snoei wordt slecht verdragen. Oudere bomen bezitten wel het vermogen vanuit de basis nieuwe scheuten te vormen.
  
• Het duurt een aantal jaren, voordat een Davidia tot bloei komt( 10- 15 jaar). De bloei is zo spectaculair, dat het lange wachten rijkelijk wordt beloond.
  

Wij leveren 4-jarige struikjes in 2,5 liter-potten. Het zijn mooie planten, die niet zijn opgejaagd. Voordat je ze uitplant staan de geleverde planten graag beschut, beschermd tegen matige en strenge vorst en schrale oostenwind. Planten in potten zijn gevoeliger dan planten in volle grond. Bij uitplanten de kluit proberen heel te houden.

Deze variëteit ‘Sonoma’ groeit uit tot een wat kleinere boom (6-8 m) dan de oorspronkelijke soort. Vreemd genoeg zijn Vaantjesbomen nauwelijks bekend, maar als deze bloeit dan staat iedereen verbaasd ze te bewonderen... In mei bloeit de plant met grote, hangende, spierwitte schutbladeren, tot 30 cm lang: het lijkt net of iemand zijn zakdoekenverzameling erin heeft gehangen!
Omdat dit zeldzaam fraaie boompje nauwelijks aangeboden wordt vonden we dat daar verandering in moest komen...

De zakdoekjesboom geldt in de herkomstgebieden in China inmiddels als zeldzame en bedreigde soort. Klimaatverandering en verlies aan biotoop spelen daarbij een rol.
Tegelijk zijn er steeds meer wetenschappelijke publicaties, dat Davidia waardevolle stoffen bevat, die een rol kunnen spelen in de ontwikkeling van nieuwe medicijnen. Deze Davidia-boompjes zijn vegetatief (uit stek) vermeerderd, zodat je zeker kan zijn van de zuiverheid van het ras.
Nog enkele tips en weetjes op een rijtje:

• Niet elke grond is geschikt voor Davidia. Schrale, snel uitdrogende zandgrond is ongeschikt, evenals slecht drainerende grond. Ze houden van een goed drainerende, maar vochthoudende, voedzame grond. Een koele, beschaduwde voet wordt gewaardeerd.
  
• Jonge Davidia's hebben een hekel aan langdurige zoninstraling en aanhoudende droogte, oudere bomen zijn wat toleranter.
  
• Jonge Davidia's zijn de eerste winters vorstgevoelig, na enkele jaren neemt de vorsttolerantie toe.
  
• Davidia kun je niet met snoeien kleiner houden. Snoei wordt slecht verdragen. Oudere bomen bezitten wel het vermogen vanuit de basis nieuwe scheuten te vormen.
  
• De ‘Sonoma’ bloeit al op wat jongere leeftijd dan zijn grotere broer, na 5 jaar is er al goede kans op fraaie zakdoeken!
  

Wij leveren 4-5 jarige struikjes in 5 liter-potten. Voordat je ze uitplant staan de geleverde planten graag beschut, beschermd tegen matige en strenge vorst en schrale oostenwind. Planten in potten zijn gevoeliger dan planten in volle grond. Bij uitplanten de kluit proberen heel te houden.

Deze variëteit ‘Kylee’s Columnar’ groeit uit tot een wat kleinere en (veel) smaller blijvende boom (6-8 m) dan de oorspronkelijke soort. Vreemd genoeg zijn Vaantjesbomen nauwelijks bekend, maar als deze bloeit dan staat iedereen verbaasd ze te bewonderen... In mei bloeit de plant met grote, hangende, spierwitte schutbladeren, tot 30 cm lang: het lijkt net of iemand zijn zakdoekenverzameling erin heeft gehangen!
Omdat dit zeldzaam fraaie boompje nauwelijks aangeboden wordt vonden we dat daar verandering in moest komen...

De zakdoekjesboom geldt in de herkomstgebieden in China inmiddels als zeldzame en bedreigde soort. Klimaatverandering en verlies aan biotoop spelen daarbij een rol.
Tegelijk zijn er steeds meer wetenschappelijke publicaties, dat Davidia waardevolle stoffen bevat, die een rol kunnen spelen in de ontwikkeling van nieuwe medicijnen. Deze Davidia-boompjes zijn vegetatief (uit stek) vermeerderd, zodat je zeker kan zijn van de zuiverheid van het ras.
Nog enkele tips en weetjes op een rijtje:

• Niet elke grond is geschikt voor Davidia. Schrale, snel uitdrogende zandgrond is ongeschikt, evenals slecht drainerende grond. Ze houden van een goed drainerende, maar vochthoudende, voedzame grond. Een koele, beschaduwde voet wordt gewaardeerd.
  
• Jonge Davidia's hebben een hekel aan langdurige zoninstraling en aanhoudende droogte, oudere bomen zijn wat toleranter.
  
• Jonge Davidia's zijn de eerste winters vorstgevoelig, na enkele jaren neemt de vorsttolerantie toe.
  
• Davidia kun je niet met snoeien kleiner houden. Snoei wordt slecht verdragen. Oudere bomen bezitten wel het vermogen vanuit de basis nieuwe scheuten te vormen.
  
• De ‘Kylee’s Columnar’ bloeit al op wat jongere leeftijd dan zijn grotere broer, na 5 jaar is er al goede kans op fraaie zakdoeken!
  

Wij leveren 3-jarige struikjes in 2 liter-potten. Voordat je ze uitplant staan de geleverde planten graag beschut, beschermd tegen matige en strenge vorst en schrale oostenwind. Planten in potten zijn gevoeliger dan planten in volle grond. Bij uitplanten de kluit proberen heel te houden.

Deze tropische lidcactus kent in Azië grote populariteit, maar is bij ons niet zo bekend. Het wonder voltrekt zich ‘s zomers: dan ontstaan enkele dikke bloemknoppen, die elk 1 nacht tot volle bloei komen. De verbijsterend mooie, komvormige, maagdelijk witte bloemen verspreiden een heerlijk zoete lucht. Daar moet je bij zijn! Niet verwonderlijk, dat in India de mensen een wens mogen doen tijdens deze fantastische bloei... Dat moesten we in Nederland ook maar eens invoeren. ‘s Zomers mag de plant lekker naar buiten, ‘s winters koel overwinteren en wat armer en droger houden om de groei te remmen. De plant kan een flinke afmeting krijgen.

Een sterke kamerplant, dat we van een plaatselijke kweker schaars krijgen aangeboden. Regelmatig verpotten (potgrond met zand) en een zeer lichte plaats geven, dan wordt het een volle en interessante plant! Een grappig verschijnsel is, dat na de bloei (onooglijk) de zaden ver weggeschoten worden, dus als je getik hoort in je kamer, dan is het zover. Deze zaden kiemen gemakkelijk tot nieuwe plantjes. Zoals alle telgen uit de Euphorbia-familie is het plantensap van de plant giftig.

Gember kennen we in tropische en winterharde soorten. De mate van vorstbestendigheid hangt af van de mate van drainage en windbeschutting. Eetbaar zijn vaak de bloemen, bladknoppen en knollen. We bieden onze keus uit meerdere soorten, w.o. Hedychium coccineum ‘Dexter’ en ‘Tara’, Hedychium densiflorum ‘Assam Orange’ en ‘Stephen’ (deze 4 koudebestendig) en Hedychium gardnerianum (tropisch).

Deze gember wordt ongeveer 1 m hoog en krijgt opvallende, dieporanje, geurende bloemen. Mede daardoor is deze siergember zeer geschikt voor uw exotische tuin! Vooral in de bloeiperiode (aug-okt) zijn deze planten imponerend. Winterhard tot -5 °C. Unieke plant die je niet vaak ziet maar een lust is voor het oog!

Veel gemberplanten bloeien prachtig, maar als deze beauty bloeit valt je mond werkelijk open... Het mooie (meestal subtiel) wit gevlekte blad is al het eerste dat opvalt. De grote bloemtros staat op een stevige, 120-150 cm lange stengel en draagt tientallen, zacht geurende, wit met zalmoranje bloemen. Het ras is een kruising tussen H. flavum en H. coccineum, die is uitgevoerd door Dr. Moy uit de Botanische Tuinen in San Antonio (Texas). Deze gember is niet eetbaar, zet de planten ‘s winters binnen en ‘s zomers buiten op een deels zonnig plekje.

De bekendste, gemakkelijkst te telen Siergember. Groeit net zo gemakkelijk als de Canna. Het grote, brede blad verschijnt eerst. Aan het eind van de 2e zomer bloeit de majesteitueuze plant met 1,5-2m hoge stengels. Per stengel geuren tientallen goudgele bloemen met rode meeldraden… Deze tropische plant moet naar binnen zodra de nachtvorsten aangekondigd worden. Houd de plant matig vochtig, in de winter gaat deze meestal in rust en blijft alleen de (steeds groter wordende) knol over.
We verkopen dit soort in bepaalde periodes ook als zaad (644520) en als knol (721760)

Een populaire bijenboom, behoort tot de meest gewilde drachtplanten van de nazomer! Echt weer een aanwinst voor late voeding van onze kostbare bijen: de grote struik tot kleine boom bloeit in de periode september-oktober met dichte witte bloeipluimen en wordt tijdens de bloei druk bezocht door een grote diversiteit van hongerige insecten. Dit soort is pas sinds 1980 in cultuur en komt van origine uit China, zonder snoei zal de struik uiteindelijk uitgroeien tot een kleine boom van 5-6 m hoog. Na de (heerlijk geurende!) bloei vormen zich decoratieve rozerode vruchtjes en de herfstkleur varieert van geel tot paars. In de winter komt de fraaie bast beter tot zijn recht. Het is een zonminner, enige uren schaduw per dag mag, dit soort is geheel winterhard bij ons en echt een aanrader! Let op: de beworteling is tamelijk horizontaal.
Lees ook Ben’s Botanics: “The Greatest And Best Tree In The World: a tribute (Ben is dus tamelijk enthousiast!)

Broedblad is een ouderwets plantje, dat ik als kind helemaal te gek vond. Ze kunnen ‘s zomers naar buiten. Langs de randen van het blad groeien de jonge plantjes: oppotten en uitdelen! Schildpadden zijn er gek op. Maar er is nog een andere, serieuze toepassing, die in Spanje en Portugal wordt toegepast: uit het blad wordt het sap onttrokken en vermengd met een aangenaam smakende sap om het geheel te kunnen drinken. Een groep mensen gelooft dat dit sap een probaat middel tegen kanker is. Het proberen waard, maar gebruik dit soort wondermiddelen nooit in plaats van een reguliere behandeling!

Het modeplantje van na 2015...! Zelfs wij ontkwamen er niet aan om deze af en toe in huis te halen. Ik ken het plantje al minstens 40 jaar, het is vooral de combinatie van grappige vormgeving en slimme naam, waarom iedereen er eentje wil hebben. Geef ze een licht plekje, in de zomer mogen ze ook buiten, de plant kan heel veel hebben behalve te lang natte voeten. Omdat het plantje zich gemakkelijk uitzaait in eigen potje, kan je al snel jonge plantjes “oogsten” en doorgeven! De ronde blaadjes, die op een grappige manier (aan de onderkant) op het steeltje zitten hebben kennelijk geïnspireerd tot de naam Pannenkoekplantje, hoewel ik Pizzaplantje meer op zijn plaats vind… Overigens is niets eetbaar aan de plant.
WE HEBBEN DIT PLANTJE NIET ALTIJD OP VOORRAAD, SOMS IS DUS ENIGE WACHTTIJD GEBODEN.