Zaden - Kamer- en Kuipplanten

Deze Zuid-Afrikaanse heide heeft intrigerende, lichtgeelgroene tot witte, buisvormige bloemen in opvallende hoofdjes en is een dankbare en decoratieve kuipplant.
In de natuur is het een rechtopstaande, houtachtige, dicht vertakte, sterk groeiende struik van 1-2 m hoog. De takken zijn bedekt met naar boven gerichte, naaldachtige bladeren. Deze spectaculaire plant is moeilijk te missen tijdens de bloei, die het hele jaar door plaatsvindt (januari tot december) met een piek in de herfst tot de lente (april tot september), hoewel de bloeitijd van plaats tot plaats kan variëren.
Wat deze soort anders maakt dan andere erica’s, en zo gemakkelijk te herkennen, zijn de knobbelige uitsteeksels op de stengels onder de huidige bloemhoofdjes. Dit zijn geen schimmel- of virusinfecties, maar de zaadcapsules, die vele jaren aan de plant blijven zitten en bekend staan als vruchtkoppen. De vruchthoofdjes zijn meestal geelgroen en bruin, maar in één vorm zijn ze opvallend donkerrood. Geen enkele andere Erica deelt deze eigenschap, deze is uniek voor E. sessiliflora. Je noemt deze eigenschap “serotineus”, dat wil zeggen dat het zijn zaad meerdere jaren aan de struik vasthoudt. De vruchtlichamen kunnen maximaal zeven jaar aan een tak blijven zitten of totdat de struik wordt verbrand, waarna het zaad vrijkomt. De gerookte zaden vallen op de grond en ontkiemen in de herfst.
In de natuur groeien de planten het best op vlak terrein en lagere berghellingen, op vochtige plaatsen, vooral in kwelgebieden, of naast beken, of waar veel water wegstroomt. Dit geeft aan dat deze soort het het beste doet in de teelt in gebieden met veel neerslag of waar hij het hele jaar door water krijgt.
In Noord-Europa is de plant niet winterhard, maar met goede bescherming kan je het wel wagen of de plant oppotten en vorstvrij in een schuur of kas overwinteren. Het is een erg decoratieve plant, die ook nog eens als snijbloem hoge ogen gooit!
Zet de planten in de volle zon, waar er vrije luchtcirculatie is. Het bodemtype moet goed doorlatend, zanderig en iets zuur zijn. Pas op voor kunstmest, geef voeding met goed verteerde compost of organische meststoffen met langzame afgifte of een lage dosis. Om de zuurgraad van de grond te verhogen, kunnen afgebroken dennennaalden of pijnboomschors door de grond worden gemengd. Snoei planten regelmatig, dit stimuleert de vertakking en verwijdert ziek materiaal.

Snelgroeiende potplant met blauwgroen blad. Bloeit in de nazomer met trossen koraalrode vlinderbloemen. Adembenemend mooi! Verdraagt enige vorst.

Opvallend aan deze bloeilustige kuipplant uit de tropen (India, Malaya, Austalië) is het brede grote blad, dat dakpansgewijs over elkaar valt. De was-achtige smalle bloemen verschijnen in karmijnrode kleur tussen het blad door.

Prachtige plant, die in een flinke pot uitgroeit tot een struik, snoeien is mogelijk. Net vóór de bladontwikkeling gaat de plant geweldig fraai bloeien met trossen knalrode, pijpvormige bloemen.
Zet deze kuipplant zoveel mogelijk buiten totdat er nachtvorsten komen. In de winter zeer koel en net vorstvrij zetten. Eventueel bij zachte winters weer lekker buiten zetten.

Een zeer aantrekkelijke plant uit Zuid-Afrika en Lesotho en telg van het geslacht Koraalbomen. De plant wordt in de natuur niet hoger dan 60 cm, een ideale pot- en tuinplant dus! Doordat Ploegbreker een zeer sterke, soms enorme, ondergrondse wortelstok bevat, gaat er in Afrika wel eens een ploeg op kapot, vandaar... De onderzijde van het grote, driedelige blad is langs de nerven gestekeld. De grootste beloning vormen de stengels vol hangende, oranjerode bloemen! Geef de plant een vochtige, goed drainerende plaats, onze winters doorstaat de plant zeer goed. Jaarlijks sterft de plant af om in het voorjaar weer bruisend te ontwaken. De plant heeft verdovende en helende werkingen!

Een zeer aantrekkelijke struik, die in Zuidelijk Afrika groeit en bij ons in een pot te houden is. Het geveerde, glanzende blad wordt gesierd rode bloemetjes (erythros = rood), die uitrijpen in een driehoekige, blaasvormige vruchten (physos = blaas), bruinrood van kleur met de grote ronde zaden.
De planten houden van zeer goed drainerende grond, een laagje stenen of gruis onderin de pot is aan te bevelen. In Afrika is dit een multifunctionele struik, de hele plant wordt graag door dieren gegeten, van de aangenaam geurende vruchten wordt een jam gemaakt of een heerlijke alcoholische drank. De eetbare zaden bevatten een goede kwaliteit olie, waar zeep of smeermiddelen uit wordt gewonnen. Het blad wordt geneeskrachtig aangewend bij oogziekten, verdiep je hier goed in voordat je zelf experimenteert…

Mengsel van de meest winterharde soorten. Alleen zeer sterke vorst wordt niet verdragen. Mix bevat: globulus, niphophilla, radiata, viminalis, regnans, nitens fraxinoides, gunnii, pulverulenta, cinerea, dalrympleana en enkele andere.

Mengsel van compact groeiende soorten. Geschikt voor teelt in potten, als bonsai of (met enig gevaar voor bevriezing) in de tuin. Mix bevat: obtusiflora, stricta, lehmannii, gracilis, socialis, platypus en enkele andere.

Mengsel van de meest kleurrijk bloeiende soorten. Mix bevat: ficifolia, calophylla, torquata, forrestiana, ptychocarpa en enkele andere.

Mengsel van zgn. subtropische rassen. De teelt bij ons gaat in de tuin met enig risico, teelt in potten geeft in de winter de mogelijkheid om de planten bijv. in een schuur of kas te plaatsen. Mix bevat: globoidea, pillularis, seiberi, haemastoma, saligna, botryoides, grandis, blakelyi en enkele andere.

Mengsel van warmteminnende soorten. Ideaal sortiment om als kamerplant te dienen: heelijk zo'n geurende plant in de kamer. Teelt vergelijkbaar met de Ficus. Mix bevat: grandis, phychocarpa, citrodora en microcorys.

Gedrongen groei, glanzend grijs blad, witbloeiend. Winterhard tot -10grC.

Naast de E. gunnii (die iets fijner is) één van de populairste van het Eucalyptus-geslacht, speciaal voor snijgroen! Het blauwgrijze, wasachtige blad is rond en paarsgewijs gerangschikt aan de stengel met (zoals te verwachten) een heerlijk frisse geur. De plant kan prima in Potten of in de tuin. Na een strenge winter, zal de plant van onderaf weer uitlopen. Eens in de 2 jaar terugzagen verdient aanbeveling.

Dit soort heeft de sterkste citroengeur van alle Eucalyptussen. Het blad wordt ook als smaakmaker meegekookt, of in potpourri’s. ‘s Winters vorstvrij of als kamerplant overwinteren.

Een van de meest winterharde soorten! Vorstbestendig tot -19°C. Langere periodes van -10°C worden goed doorstaan mits met droge voeten, (op goed gedraineerde grond) De boom staat bekend om zijn zeer aromatische blad (bij kwetsing) en zijn prachtige bastvorming. Het blad is lancetvormig en vrij klein 7-10cm De witte bloemen lokken een keur aan insecten!

Vrij smal en langwerpig, grijs blad aan rode steeltjes. De stam wordt spierwit.

DE GEWELDIGSTE BOOM TER WERELD!
Deze tropische Eucalyptus krijgt in de loop van enkele jaren een wonderlijk fraaie bast! Alle kleuren van de regenboog komen door, als je oude bomen in de tropen ziet, dan denk je eerst aan schilderkunst... Ze komen voor in de Filippijnen, Papoea Nieuw Guinea en Indonesië. Het blad is niet bijzonder, de witte bloei uiteraard wel, ook de bijen zijn er dol op! In de zomer kunnen de planten in een flinke pot naar buiten, in de winter (ruim) vorstvrij en licht zetten. Je kan ze heel goed snoeien.

Dit soort is het logo van de Australische Botanische Tuinen. Dieprood bloeiend met langwerpig blad.

De echte eucalyptusboom uit Australië heeft een opgaande groei, met regelmatig zijtakken. De blauwgroen bedauwde blaadjes zijn kenmerkend en natuurlijk ...de sterke frisse geur.

Een populaire variëteit met rond blauwgrijs blad, dit soort wordt ook veel gebruikt als snijgroen in boeketten. De boom kan na zachte winters flink hoog worden en ze verdragen weinig planten in hun wortelomgeving. In een grote pot of kuip planten (minimaal 80x80x80cm) verdient aanbeveling, jaarlijks knotten tot 2 m hoogte.

Een populaire soort voor de Aboriginals. Ze gebruikten vroeger het zoete, witte sap, dat door borende insecten op de grond sijpelt: het manna van de Eucalyptus. Van het hout werden schilden gemaakt en van de talloze bolvormige oneffenheden op de stam werden drinkkommen gemaakt. Het grijze, lancetvormige blad werd boven een vuur gehangen tegen koorts. Bij jonge planten is het blad groener.

Bekend als de “White Top Peppermint”. Deze boom levert een sterke pepermuntolie. Als potplant heel decoratief, het blad is kruiselings per paar gerangschikt. ‘s Zomers kan de plant buiten, ‘s winters koel overwinteren.

In de tropen een populaire vruchtboom, die na kruisbestuiving kersachtige vruchten geeft. Teel dus 3-4 planten tegelijk in een grote pot om zeker te zijn van goede vruchtzetting! De vruchten kunnen rauw gegeten wordenmaar je maakt er ook een lekkere jam van. Van de schors wordt een medicijn gemaakt. De planten kunnen ‘s zomers naar buiten en ‘s winters binnen overwinteren.

Een plant met lange, stekelige stengels. Zwiepend trotseren ze de warmste woestijnwind. In woestijngebieden van Zuid-West US staan er vele! De lange, oranje, pijpvormige bloemen staan in trossen bovenin de plant. De takken branden overigens goed en zeer lang (toortsen van de Indianen)

Deze behaarde plant (zowel stengels als bladeren) is afkomstig uit Californië en Mexico. Raak de plant zo weinig mogelijk aan, de haartjes laten namelijk gemakkelijk los! De schotelvormige, gele bloemen verschijnen vanaf de vroege lente tot ze voor de vorst terug in de kas of serre gaan. Indien die voldoende verwarmd is bloeit de Flanelstruik zelfs de hele winter door. De planten kunnen lichte vorst verdragen tot -5°C. Als de bloemen zijn uitgebloeid verschijnen er soms langwerpige vruchten. Zet ze op een zonnige plek en geef normaal water en af en toe mest.

In tropisch Zuid-Amerika is dit de meest bekende fuchsia en al door de Inca’s zeer geliefd vanwege de eetbare bessen! Omdat de planten al zolang in cultuur zijn is er veel variatie ontstaan. Meestal geven ze volle trossen met dunne, langwerpige, vuurrode bloemen. De plant is vorstgevoelig, dus ‘s winters naar binnen maar NIET snoeien, dat mag pas na de bloei, want de knoppen worden eind december aangelegd.

Een fantastische orangerieplant met enorme groeikracht! Op een hoogte van 2-3 m (met dikke stengels) gaat de plant rijk bloemen met trossen lilaroze pijpvormige bloemetjes. Na de bloei ontstaan schitterende donker bessen, die goed te eten zijn! Alleen de naam doet denken aan een fuchsia... Geef ze een grote pot en een plek in de zon of halfschaduw, zeer voedzame grond en op tijd water wordt erg gewaardeerd... regelmatig snoeien mag overigens ook, als je de plant te hoog of niet vol genoeg vindt. De plant kan slechts een klein nachtvorstje hebben, zet deze dus op tijd vorstvrij, de plant groeit van oorsprong in Zuid-Mexico tot Panama.

Een unieke Fuchsia wat betreft bloei en groei: de planten kruipen of hangen, het is een bescheiden groeier. De bloemetjes hebben een gele hals, van binnen en van buiten, het halsje heeft 4 opengeslagen “flapjes” in het groen met purper. De stamper is groengeel (in het midden) en de stuifmeeldragers purper en lichtblauw aan oranje steeltjes... Werkelijk een regenboog aan kleuren in dit subtiele bloempje! Na de bloei ontstaan knalrode besjes met zaden.

Een geurwondertje uit Zuid-Afrika. Stevige, vlezige stengels, 120 cm lang met iets knikkende klokbloemen in helderwitte kleur.

De naam dankt deze boeiende plant aan de roosvormige, verhoute vruchten, een blikvanger! Zet de plant uiteindelijk in een grote pot, na 3 jaar verschijnen de witte, enkelbloemige, héérlijk geurende bloemen van wel 7-8 cm doorsnee!

Het diep ingesneden (slanke) blad groeit in waaiervorm. In de natuur wordt het blad tot 1m in diameter! De kleur is heldergroen met zilverkleurige onderkant. Er vormt zich nauwelijks een stammetje; de plant verdraagt vorst tot -8°C.

Een familielid van de Protea’s; het lange (15 cm) smalle blad doet Eucalyptusachtig aan. De bloemen komen na enkele jaren nauwkeurige teelt: speldenkussenvorm, rood met gele uiteinden.

Een klimmende, bladhoudende kuipplant met stevig, lancetvormig blad en heldere trosjes purper-gekleurde bloemetjes, elk met een geel hartje. Zet ze lekker in de zon. Het blad geeft een heerlijk, zachtzoet aroma aan elke thee.

Een hartstikke leuk nazomer- en herfstplantje omdat de bloei dan begint en omdat het leerachtige, bonte blad tot aan de vorst mooi blijft. Vroeger viel dit soort onder de Veronica’s, de bloeivorm is in de bekende smalle trosvorm, helderlila van kleur. Ze kunnen enige vorst verdragen.

De bekendste, gemakkelijkst te telen Siergember. Groeit net zo gemakkelijk als de Canna. Het grote, brede blad verschijnt eerst. Aan het eind van de 2e zomer bloeit de majesteitueuze plant met 1,5-2m hoge stengels. Per stengel geuren tientallen goudgele bloemen met rode meeldraden… Deze tropische plant moet naar binnen zodra de nachtvorsten aangekondigd worden. Houd de plant matig vochtig, in de winter gaat deze meestal in rust en blijft alleen de (steeds groter wordende) knol over.
We verkopen dit soort in bepaalde periodes ook als plant (842825) en als knol (721760)

Rijkbloeiende tuinhybride met zeer grote, kelkvormige bloemen (tot 25cm doorsnee), in roze, rode en witte tinten. Hoogte 100 cm. De groei is stevig rechtop met sterk en gezond blad. Verdraagt matige vorst. De bloei is bij vroege zaai het zelfde jaar: VI-X.

De meest winterharde vederpalm! Deze Chileense palm wordt aldaar wel tot 25m hoog en heeft dan een stamdoorsnee van 2m! De grootste palm ter wereld. Bij ons een succesvolle potplant (mag in de zon) en blijft dan bescheiden in afmeting, omdat de groei langzaam is. Op een beschutte plek goed buiten te overwinteren. Van het stamsap wordt wijn gemaakt, vandaar de naam. Ontkieming bij 30°C!

Een gemakkelijk groeiende klimmer. De jonge scheuten zijn met donkere haartjes bedekt. de prachtige rode, bijzonder gevormde bloemen, staan in trosjes bij elkaar. Afkomstig uit Oost-Australië.

Vooral bekend vanwege de wonderlijke huidcrème, maar Afrikaners halen uit veel delen van deze boom genezing, w.o. de worstvormige vruchten. Aan hangende stengels ontluiken klokvormige, meestal bordeauxrode, trompetvormige bloemen. Deze bloeien ‘s nachts en worden door vleermuizen bestoven.

Het bijzondere van deze fraaie vetplant, is dat deze in het wild alleen op de Canarische Eilanden voorkomt. In de rest van de wereld is de plant “geïmporteerd”. De smalle, langwerpige, sappige blaadjes groeien in een grote toef aan het van de vertakkende stengels. Af en toe laat de plant zijn blad vallen, zo ontstaat een stammetje, geen paniek, de stengels bevatten ook bladgroen, de plant leeft gewoon door en geeft op zijn tijd weer blad. Kleinia houdt van een zeer lichte plaats, matig water en mag in de zomer buiten.

Veldgeoogst mengsel. Inheems in Zuid-Oost-Afrika. Deze groenblijvende struiken geven u de rijke verscheidenheid van de safari op uw eigen terras ! Verschillende bladvormen, kleurige warmgetinte vruchtachtige bloemen.

Een familielid van de mimosa, dat kan je wel zien aan het geveerde blad en aan de ronde pluisvormige bloemetjes. Een bekend schaduwboompje in koffie-, rubber-, cacao- en quinineplantages. Het jonge blad is eetbaar. De plant bloeit aan eenjarig hout met crèmegele bolletjes. De peulen die erna ontstaan bevatten zaden die populair zijn als kralen voor een ketting…

Inheems in heel zuidelijk Afrika. Deze struikachtige telg van de Proteafamilie geeft stevig blad en beloont de kweker met geeloranje tot roze bloei. De bloem lijkt op een kussen met spelden, exotische schoonheid!

Een “ontdekkingszakje”! Dit geslacht bevat struikjes die met heldere kleuren bloeien: rood, oranje en purper. De bloeivorm lijkt op Mimosa en lampenpoetser (Callistemon).
Gemakkelijk te telen!

Een gemakkelijk te telen kuipplant (verdraagt enige vorst) met vrij groot blad en grote trossen met lichtlila bloemetjes. Deze groeien uit tot dezelfde trossen lichtgele bessen. Let op: de bessen zijn giftig, hoewel ze ook als insecticide en in geneesmiddelen worden gebruikt.

Het bekende plantje, dat zijn blaadjes dichtklapt bij aanraking. Ook voor in huis, leuk voor kinderen: 'n sensatie.